Het lymfekliersysteem beschermt het lichaam tegen infecties. Het vangt binnendringende ziekteverwekkers op en maakt deze onschadelijk. Soms echter zijn amandelen niet in staat de ziektekiemen in voldoende mate te vernietigen. Dan hopen de ziektekiemen zich op in de amandelen, die daardoor ontstoken raken.
Amandelen zitten achter de neus, achterin de keel en achter op de tong. De keelamandelen (tonsillen) zijn knobbels links en rechts achter in de keel. De tongamandel gaat aan de zijkanten van de tong over in de keelamandelen. De neus- en keelamandelen kunnen ontstoken raken. De tongamandel geeft bijna nooit problemen.
Keelamandel ontsteking komt meestal voor bij kinderen, maar ook volwassenen kunnen ontstoken keelamandelen hebben.
De amandelen vormen maar een klein deel van het totale lymfekliersysteem. Daarom is het geen probleem deze weg te halen bij een amandelontsteking.