Ruggenprik-epiduraal bij bevalling

Een epidurale ruggenprik is het inspuiten van verdovingsvloeistof om pijnprikkels van de bevalling te verminderen.

Een epidurale ruggenprik is een vorm van plaatselijke anesthesie.

Voordelen

  • De meeste vrouwen voelen weinig pijn meer tijdens de weeën.
  • De ruggenprik werkt beter dan een injectie met pethidine of een pompje met remifentanil.
  • U wordt niet slaperig of suf van een ruggenprik en maakt de bevalling dus helemaal mee. 

Nadelen

  • Kans op een lage bloeddruk. U krijgt een infuus met vocht en soms medicijnen om dit te voorkomen. 
  • U kunt uw bed niet uit, omdat u minder gevoel hebt in uw benen. Dat komt langzaam weer terug nadat de toediening van medicijnen is stopgezet.
  • U heeft meer problemen met plassen, omdat u door de verdoving niet goed voelt dat u moet plassen. Daarom krijgt u (tijdelijk) een blaaskatheter. Na de bevalling wordt de katheter weer verwijderd.
  • U heeft vaker koorts. De lichaamstemperatuur kan stijgen door een ruggenprik. Het is dan lastig om te bepalen of dat door de ruggenprik komt of dat het om koorts gaat door een infectie. Voor de zekerheid nemen we bloed af en eventueel krijgt u een antibioticum. In dat geval moet de baby na onderzoek door de kinderarts worden opgenomen op de kinderafdeling en krijgt het ook een antibioticum.
  • Soms krijgt een vrouw tijdens een ruggenprik last van jeuk. Deze bijwerkingen hebben vaak te maken met de samenstelling van de medicijnen.
  • De weeën zijn vaak minder krachtig en er zijn extra medicijnen nodig om de weeën weer krachtiger te maken.
  • Het persen duurt langer. Daardoor is er meer kans op een bevalling met vacuümpomp (een ‘vaginale kunstverlossing’).
  • Soms hebben vrouwen na een ruggenprik last van hoofdpijn. Dit komt omdat er een gaatje in het hersenvlies is geprikt waaruit hersenvocht lekt. Deze hoofdpijn kan met medicijnen behandeld worden.
Toon meer

Hoe verloopt een epidurale ruggenprik bij een bevalling?

Vóór de behandeling
Voordat u de ruggenprik krijgt maken we een hartfilmpje van de baby om te zien of de baby in goede conditie is. Er wordt een infuus geplaatst voor extra vocht, plakkertjes op de borst om uw hartslag te meten en een klemmetje op een vinger om uw zuurstofgehalte te meten.

De ruggenprik
Voor de prik moet u gaan zitten of op een zij gaan liggen. De anesthesioloog vraagt u uw rug bol te maken. De plek op uw rug waar geprikt wordt, wordt gedesinfecteerd en verdoofd. De anesthesioloog prikt tussen uw wervels. Als de naald op de juiste plaats zit, wordt een heel dun slangetje (catheter) in de epidurale ruimte ingebracht. In die ruimte liggen de zenuwen die pijnprikkels vanuit de baarmoeder en de bekkenbodem naar het centrale zenuwstelsel geleiden.

De prik van een epiduraalnaald duurt niet lang en wordt over het algemeen niet als erg pijnlijk ervaren. Het is belangrijk om tijdens de prik zo stil mogelijk te blijven zitten of liggen. Zodra de catheter in goede positie is gebracht kunt u zich weer vrij bewegen. Het duurt ongeveer 15 minuten voordat de prik werkt. De conditie van moeder en kind worden voortdurend in de gaten gehouden.

Volledige pijnstilling, zowel tijdens de ontsluitingsfase als tijdens het persen, is mogelijk. Soms wordt ´de top van de wee´ nog als drukkend of licht onaangenaam ervaren.

Effect van de behandeling
De epidurale pijnblokkade kan bij 1-5% van de moeders onvoldoende resultaat geven. Aanpassingen aan katheter of verdovingsvloeistof zijn dan nodig. Soms wordt opnieuw geprikt. Als dit niet kan en de epidurale catheter geeft onvoldoende resultaat, dan wordt er gezocht naar alternatieve pijnstillingsvormen. 

Waar vindt een epidurale ruggenprik bij een bevalling plaats?

Het plaatsen van een epidurale catheter in de rug is een vaardigheid die uitgevoerd wordt door de anesthesioloog. De anesthesioloog komt voor de ruggenprik meestal naar de verloskamers toe. In sommige gevallen moet u even op de anesthesioloog wachten.

Praktische informatie

Komt u naar CWZ?

Draag bij verkoudheidsklachten, luchtwegklachten en/of griepklachten een medisch mondkapje. Deze liggen bij de ingangen van het ziekenhuis.

Wat neemt u mee?

Bij elke afspraak neemt u mee: een identiteitsbewijs (geldig paspoort, identiteitskaart of rijbewijs), zorgverzekeringspas en een actueel medicijnoverzicht (AMO).

Bereid u goed voor

Bedenk thuis al wat u tijdens uw afspraak wilt vragen. Als u goed op de hoogte bent, neemt u besluiten die passen bij uw persoonlijke situatie. Dit heet samen beslissen.

Melden bij een Meldpunt

U meldt zich voor een afspraak bij een Meldpunt. U kunt zich aanmelden met uw identiteitsbewijs bij een aanmeldzuil of bij een medewerker.

MijnCWZ

Via het beveiligde patiëntportaal MijnCWZ kunt u thuis uw persoonlijke en medische gegevens inzien die bij ons bekend zijn.