Algemene informatie
Palliatieve zorg
Palliatieve zorg is de zorg in de laatste levensfase voor mensen die ongeneeslijk ziek zijn. Met deze zorg streven wij naar een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven voor patiënten en hun familie. We proberen pijn en ondraaglijk lijden te voorkomen of te verlichten. En we proberen angst en onzekerheid over de toekomst bespreekbaar te maken.
Reanimatie
CWZ heeft een reanimatieteam dat binnen enkele minuten ter plaatste is. Het team komt meteen in actie bij een melding dat vitale organen van een patiënt falen of bij plotselinge bewusteloosheid.
Euthanasie
Euthanasie is een verzoek van de patiënt aan de arts om het leven te beëindigen. CWZ vindt dat er bij euthanasie en hulp bij zelfdoding sprake is van uitzonderlijke situaties. Bij zo’n ingrijpend verzoek is grote zorgvuldigheid vereist.
Zorg na overlijden
Orgaan- en weefseldonatie
Volgens de wet op orgaandonatie heeft CWZ een protocol voor hoe artsen en verpleegkundigen moeten handelen bij het overlijden van een patiënt. De arts is verplicht om na te gaan of de overledene in aanmerking komt als donor. Is dat zo, dan raadpleegt hij het donorregister of onderzoekt of de patiënt op andere wijze zijn donorwens kenbaar heeft gemaakt (donorcodicil, wilsverklaring, levenstestament). De arts informeert de contactpersoon van de familie over het resultaat. Wanneer de patiënt heeft vastgelegd om organen of weefsel voor donatie ter beschikking te stellen, dan legt de arts aan de familie uit wat er gaat gebeuren. Is de wens van de patiënt niet duidelijk, dan raadplegen we de nabestaanden. Zij moeten dan toestemming geven.
Obductie
Soms verrichten we obductie. Dat is een inwendig onderzoek op een overleden persoon. Niet altijd is toestemming nodig van de nabestaanden. De uitslag kan de familie 2 maanden later bespreken met de behandelend arts.
Lichaam ter beschikking van de wetenschap
Het lichaam ter beschikking stellen van de wetenschap wil zeggen dat het lichaam na overlijden wordt geschonken aan een anatomisch instituut van een universiteit. Het lichaam wordt dan gebruikt voor medisch wetenschappelijk onderwijs en onderzoek. Dit moet tijdens het leven zijn geregeld.
Verzorging van de overledene
De verpleegkundige voert de noodzakelijke laatste verzorging uit. De familie mag hierbij helpen of dit zelf doen. Het opbaren gebeurt door de uitvaartverzorger. De nabestaanden krijgen voldoende tijd om afscheid te nemen van de overledene op de verpleegafdeling. Behalve bij toestemming voor weefseldonatie omdat haast dan geboden is.
Stervensrituelen
In het mortuarium is rituele verzorging van de overledene mogelijk. Dit regelt de begrafenisondernemer.
Mortuarium
CWZ werkt samen met het Rouwcentrum Nijmegen dat via een gang verbonden is met het ziekenhuis. De verpleegkundige brengt de overledene naar het mortuarium. In overleg met de medewerker van het mortuarium kunnen familieleden tijdens kantooruren de overledene begeleiden naar het mortuarium. Ook als nabestaanden de overledene thuis willen opbaren, moet de overledene eerst naar dit mortuarium worden gebracht.
Informeren huisarts
De afdeling opname- en patiëntenplanning informeert de eerstvolgende werkdag de huisarts van de overledene. De behandelend specialist informeert de huisarts schriftelijk over de medische behandeling tot aan het overlijden. Bij obductie krijgt de huisarts na 2 maanden de resultaten.