Deze week is voor het eerst in CWZ de cryo-ablatie techniek toegepast bij het behandelen van kleine niertumoren. De ingreep is weinig belastend voor de patiënt. Dr. Siebren Dijkstra (uroloog) en dr. Max Rietkerk (interventieradioloog) werden bij deze eerste behandeling begeleid door dr. Otto Elgersma, interventieradioloog uit het Albert Schweitzer ziekenhuis in Dordrecht. De cryo-ablatie techniek wordt binnen CWZ al meerdere jaren gebruikt voor de behandeling van prostaatkanker, maar inmiddels zijn dus ook kleine niertumoren met behulp van deze techniek te behandelen.
Wat is cryo-ablatie?
Bij cryo-ablatie worden tumorcellen gedood door middel van bevriezing. Dit gebeurt met naalden die exact op de locatie van de tumor worden geplaatst.
Voordelen van deze techniek?
Bij een kleine nier tumor (< 4 cm) wordt afhankelijk van de plek waar de tumor zit alléén de tumor behandeld, zodat de rest van de nier gespaard blijft. Dit kan zowel met een operatie (partiele nefrectomie) als door bevriezing met naalden (cryo-ablatie). Behandeling met cryo-ablatie is weinig belastend voor de patiënt, er is geen algehele narcose nodig en de patiënt kan na de behandeling snel naar huis. Met de patiënt wordt besproken of deze bevriezingsbehandeling technisch mogelijk is en of deze procedure de voorkeur heeft. De beslissing voor de meest gepaste behandeling wordt altijd in overleg met de patiënt genomen.
Hoe ziet de behandeling eruit?
Onder lokale verdoving plaatst de interventieradioloog dunne holle naalden in de niertumor op basis van de röntgenbeelden die tijdens de behandeling worden gemaakt. De naalden worden door kleine sneetjes in de huid ingebracht. Als de naalden op de juiste positie zitten, wordt de patiënt onder sedatie (een 'roesje') gebracht en wordt vervolgens door de naalden Argon-gas geperst. Aan de punt van de naald kan dan een temperatuur worden bereikt van ongeveer -180° Celsius. Hierdoor bevriest het tumorweefsel en sterven de cellen af. Dit bevriezen duurt 10 minuten, waarna de ijsbal die ontstaat weer wordt ontdooid. Vervolgens herhalen de artsen de cyclus van bevriezen en ontdooien nog een keer. Als de procedure zonder complicaties verloopt, kan de patiënt de dag na de ingreep weer naar huis.
Foto (van links naar rechts):
Dr. Otto Elgersma, dr. Max Rietkerk, dr. Siebren Dijkstra, Shameli van Amstel (Boston Scientific)
Blijf op de hoogte
Meld u aan voor onze maandelijkse nieuwsbrief.