Sinds een half jaar is sportarts Jeroen Mooren clubarts van NEC. Als voormalig Europees kampioen junioren judo heeft hij een groot hart voor topsport. ‘Ik weet hoe belangrijk begeleiding voor sporters is als je goed wilt presteren. Voor topsporters, maar evengoed voor mijn patiënten op de polikliniek in CWZ. Juist die combinatie spreekt me aan.’
Van Vitesse naar NEC
Jeroen is de opvolger van clubarts Sjoerd Jan de Vries, die tot 2017 als KNO-arts bij CWZ werkte. Eind 2021 heeft NEC sportgeneeskunde van CWZ benaderd’, vertelt hij. ‘Wij doen al jaren de sportmedische onderzoeken van de spelers, nu wilden ze ook graag een sportarts bij de wedstrijden en trainingen. Ik deed op dat moment tijdelijk de wedstrijdbegeleiding bij Vitesse en heb eerder gewerkt bij de KNVB dames tot 19 jaar. Door deze ervaring en mijn eigen topsportverleden kwam de vraag bij mij uit. En natuurlijk werd het een ‘ja’. Het eerste half jaar heb ik samen met Sjoerd Jan de medische begeleiding verzorgd, hij de wedstrijden en ik de doordeweekse begeleiding. Sinds dit seizoen ben ik ook bij de wedstrijden aanwezig.’
Olympische spelen
Zelf voetbalt Jeroen niet. ‘Alleen met mijn dochtertje op straat en die is heel fanatiek’, lacht hij. ‘Maar ik vind het een hele leuke sport om te zien en ik heb een groot hart voor topsport. Als judoka ben ik twee keer naar de Olympische Spelen geweest, in Londen en in Rio. Toen ik in 2016 mijn opleiding geneeskunde afrondde, ben ik gestopt met wedstrijden. Een paar keer per jaar enkele weken naar een trainingskamp of toernooi ging niet meer samen met mijn werk als arts.’ Met de begeleiding van het eerste elftal bij NEC is er opnieuw topsport in Jeroens leven. Van zijn 36-urige werkwerk is hij zo’n 15 uur bij de buren in de Goffert, verdeeld over twee ochtenden en de wedstrijden.
Gezamenlijk ontbijt
Zijn werkdag bij NEC start Jeroen met een overleg van het medisch team. Dat zijn drie fysiotherapeuten, een performancetrainer, een sportmasseur en een diëtist. ‘In die vroege ochtend melden zich de spelers met een medisch probleem en schatten we in of zij die dag kunnen meetrainen. Daarna ontbijten we samen, de staf en spelers. De rest van de dag doen de spelers veld- en krachttraining. Ik begeleid samen met de fysiotherapeut de jongens die revalideren. Dat doen ze in het krachthonk, op het veld of op de fiets. Ook pak ik vaak een stukje groepstraining mee, want als spelers terugkomen na een blessure kijk ik graag hoe het op het veld gaat.’
Gezond en fit
Doel van het medisch team is spelers zo fit mogelijk krijgen en houden, vertelt Jeroen. ‘Want een sporter die gezond en fit is, krijgt minder blessures en presteert beter. Die kan het uiterste uit zichzelf halen. Aan het begin van het seizoen krijgt elke NEC-speler bij sportgeneeskunde CWZ een sportmedisch onderzoek. Dan kijken we naar longfunctie, hartfunctie en ogen. We doen een inspanningstest en bloedonderzoek. En we hebben een gesprek over de mentale gezondheid.’
Daarnaast moeten er ook ‘brandjes geblust’, aldus de clubarts. Veel voorkomende blessures die Jeroen ziet, zijn enkel- en kniebandletsel, hamstringblessures en liesklachten. ‘Als die vaker opspelen is dat heel vervelend. Kruisbandletsel is vaak ernstig: dan ligt een speler er al snel een jaar uit.’ Dat Jeroen als sportarts bij CWZ werkt, heeft grote voordelen. ‘Door de goede contacten met onder andere radiologie, orthopedie en cardiologie kan ik altijd snel overleggen. Ook kan een speler altijd vlot op het spreekuur, voor beeldvormend onderzoek of behandeling terecht. Die snelheid is belangrijk in topsport. Weten wat er aan de hand is en hoe lang iets gaat duren.‘
NEC in beweging
Na een blessure wil elke voetballer liefst zo snel mogelijk weer het veld op, maar te snel is niet goed’, zegt Jeroen. ‘Het is altijd zoeken naar een goede balans. Hoe is het met de kracht? Loopt iemand weer genoeg afstand? Haalt hij snelheid? We hebben objectieve maatstaven voor wanneer een speler weer wedstrijdfit is.’ De communicatie tussen het medisch team en de trainers is daarbij essentieel, aldus de NEC-arts. ‘We moeten allemaal dezelfde taal spreken richting de speler. Ik merk dat de trainers goed luisteren naar onze adviezen. We zijn een goed team!’
Niet alleen op medisch vlak, maar ook op andere terreinen ziet Jeroen dat NEC omhoog wil. ‘De club is in beweging en de sfeer is goed. Heel veel thuiswedstrijden zijn uitverkocht en bij uitwedstrijden zit het uitvak meestal vol. Dat we nu op plek 9 in de eredivisie staan, is geweldig en aan die linkerkant willen we blijven! Als we verliezen kan ik echt balen. Het is erg leuk om hier deel van uit maken. Je leeft echt met zijn allen naar een wedstrijd toe.’
Allround sportarts
De topsportmentaliteit die hij bij NEC ervaart, neemt Jeroen mee in zijn werk in het ziekenhuis. ‘Als allround sportarts zie ik mensen met allerlei gezondheidsklachten. Ik ondersteun hen om weer fit te worden. Per persoon verschilt het natuurlijk wat iemand wil bereiken, maar ik gun het iedereen om op het eigen niveau (terug) te komen. Daar moeten mensen zelf hard voor werken. Mijn patiënten in CWZ vinden het mooi om te horen hoe topsporters te werk gaan om fit te blijven en te herstellen.’
Zijn collega’s in CWZ weten dat hij flexibel moet zijn, want soms moet hij tussendoor iets regelen voor NEC, wat niet kan wachten. Jeroen: ‘Daar is alle begrip voor. Ik ben niet de enige die topsporters begeleid. Als ik een keer geen supervisie kan doen, is er altijd wel iemand bereid om het over te nemen. Bij NEC is sprake van teamwork, bij sportgeneeskunde ook! Of het nu gaat om de begeleiding van topsporters, recreatieve sporters of mensen die hulp nodig hebben bij leefstijlverandering: we doen het vanuit een passie voor vitaliteit en bewegen. Dat is één van de speerpunten van CWZ.’