Jaarlijks worden ongeveer 400 mensen in CWZ opgenomen met een CVA: een beroerte óf een hersenbloeding. Veel van deze CVA-patiënten moeten na behandeling in het ziekenhuis naar een revalidatiecentrum. Maar zeker een kwart van hen kan terug naar huis. CWZ heeft de nazorg voor deze patiënten onlangs flink verbeterd. Ze hebben nu meer de regie, voelen zich gehoord en weten waar ze terecht kunnen met vragen. En dat geeft vertrouwen. Deze CVA-nazorg is uniek in Nederland.
Zo snel mogelijk naar het ziekenhuis
Bij een CVA (cerebrovasculair accident) krijgt een deel van de hersenen plotseling te weinig zuurstof door een bloedpropje of een bloeding. De patiënt moet zo snel mogelijk naar het ziekenhuis voor behandeling, om de hersenschade te beperken. Patiënten die na behandeling naar huis kunnen zijn zogezegd ‘mild aangedaan’. Maar ze hebben heel wat meegemaakt: met spoed per ambulance naar het ziekenhuis, een razendsnelle behandeling en vaak anderhalve dag later alweer thuis.
Veel vragen bij thuiskomst
Eenmaal thuis begint de verwerking en moet de patiënt leren omgaan met de gevolgen van de CVA, die soms veel invloed hebben op het dagelijks functioneren. Een onzekere periode die vaak veel vragen oproept. Neuroloog Gert van Dijk: ‘Deze mensen vallen soms tussen wal en schip. Ze hebben geen revalidatietraject in een instelling nodig, maar ze kunnen meestal ook niet meteen hun leven oppakken zoals ze dat gewend waren.’
Enthousiasme om de nazorg te verbeteren
Bij de CVA-nazorg van CWZ zijn veel zorgverleners betrokken zoals neurologen en revalidatieartsen en daarnaast – en dat is zeker niet bij alle ziekenhuizen zo – veel paramedici. Zo krijgt de patiënt te maken met ergotherapeuten, logopedisten en fysiotherapeuten. Dit enthousiaste CVA-team wilde al langer de nazorg voor hun patiëntengroep verbeteren, maar er was geen tijd. Tót ergotherapeut Lieke Engels de master Neurorevalidatie en Innovatie ging doen. Zij besloot zich in haar afstudeeronderzoek te richten op verbetering van de CVA-zorg. Haar onderzoek is direct toepasbaar.
Waar kan ik terecht met vragen?
‘Heel veel patiënten werkten mee aan het onderzoek’, vertelt Lieke. ‘Hun grootste vraag bleek te zijn: waar kan ik terecht met vragen? Denk aan vragen als: Ik voel me anders, ligt het aan de medicijnen? of ligt het aan de beroerte? Of: mijn partner merkt dingen, waar kunnen we terecht?’
Van ontslaggesprek tot vernieuwde website
Na haar onderzoek voerde Lieke in vier weken tijd een aantal vernieuwingen door om de nazorg af te stemmen op de behoeften van de patiënt. ‘Ten eerste voert een verpleegkundige van de afdeling neurologie voortaan met elke patiënt die naar huis gaat na opname een ontslaggesprek. Dat gebeurt met een checklist. In het gesprek wordt de belangrijke informatie herhaald. En dat is onder andere: bij wie moet ik zijn met welke vraag’, licht Lieke toe. ‘Dat staat duidelijk in onze nieuwe, uitgebreide folder. Daarnaast hebben we onze webpagina vernieuwd. Alle betrokken zorgprofessionals – en dat zijn er veel – vertellen in een korte video wat zij voor de patiënt kunnen betekenen in de thuissituatie.’ Patiënten reageren enthousiast. ‘De folder is hartstikke goed samengesteld, ik heb er van alles uitgehaald’, zegt een van hen. Een ander zegt: 'Ik vond het ontslaggesprek goed lopen. Je ontvangt dan alles, met de achterliggende gedachte dat je naar huis kunt.'
Patiënt heeft de regie
‘De patiënt heeft nu veel meer zelf de regie, kan zelf opzoeken wat de juiste stap is. Bij de meeste vragen kan de patiënt terecht bij de huisarts. Voor bijvoorbeeld een verwijzing naar de ergotherapeut of de logopedist’, vult Gert aan. Hij begeleidde Lieke tijdens het onderzoek. ‘In veel ziekenhuizen komen patiënten áltijd terug bij de neuroloog na een CVA, maar dat is helemaal niet nodig. Deze werkwijze biedt patiënten voldoende houvast.’
Telefoongesprek na 3 weken
‘Om te zorgen voor meer uniformiteit hebben we het proces anders ingericht’, gaat Lieke verder. ‘Zo wordt voortaan élke CVA-patiënt na 3 weken gebeld, en niet meer na 8 weken, en ook niet meer alleen de patiënt bij wie nazorg nodig lijkt.’ Gert: ‘Dit telefonische consult levert veel op: mensen kunnen alles bespreken waar ze in die 3 weken tegenaan zijn gelopen. Dat waarderen ze enorm, ze voelen zich gehoord. Bovendien zijn ze goed voorbereid, dankzij een rijtje vragen in de folder waar ze van tevoren over kunnen nadenken.’ Ten slotte mogen patiënten tot 6 maanden na ontslag contact opnemen met de CVA-nazorgpoli. Dat geeft ook rust. Lieke: ‘In de praktijk doen ze dat nog niet, maar het idee dat het kan en mag geeft vertrouwen. Dat geven ze ons ook terug.’ ‘Ik ben blij dat jullie dit aanbieden. Het geeft het gevoel dat je serieus genomen wordt. Het geeft houvast', zegt een patiënt hierover.
De nieuwe CVA-nazorg levert nog meer op!
Niet alleen de patiënt is blij met de vernieuwingen. Het CVA-nazorgteam is zó blij met deze uniforme, eenduidige werkwijze dat de tevredenheid van het team van een 6 naar een 8 ging! Niet gek dus dat het team Lieke voordroeg voor de Zuster Vincentiaprijs 2023. Ze won de prijs niet, maar het leverde haar - en de andere finalist - wel een bedrag van € 1000,- op, te besteden aan een zorgverbetering die een directe meerwaarde oplevert voor de patiënt. Wat dat wordt? Daar is Lieke nog op aan het broeden.
We kunnen trouwens nog meer innovaties van Lieke verwachten. Sinds haar afstuderen werkt ze 4 uur per week als adviseur zorgverbetering op de afdeling neurologie.
Meer lezen?
Bekijk de nieuwe webpagina van de CVA-nazorgpoli.