Haar man Hennie vertelt: ‘Op de intensive care lag Nataschja eerst op de rug en later op de buik vanwege saturatieproblemen. Er waren veel complicaties, bijvoorbeeld met de nieren waardoor dialyse nodig was. Ik kwam elke dag bij haar. Altijd mocht ik bij de artsenronde zijn en er was ook regelmatig een familiegesprek. We hebben door Nataschja’s chronische ziekte ervaring met IC’s in verschillende ziekenhuizen. In CWZ vind ik de interactie tussen familie en doktoren heel sterk.’
Opvang kinderen
De opvang van hun dochter van 17 had beter gekund, vinden ze beiden. Nataschja: ‘Onze dochter wilde precies weten hoe het allemaal zat met mij en had de waarheid best aangekund. Het was goed geweest als ze apart was opgevangen toen ik op de IC belandde en in coma werd gebracht. Ik zou het ook goed vinden als er een lotgenotengroepje komt voor kinderen van IC-patiënten om samen hun ervaringen te delen.’
100% zorg
Via een familie-app hield Hennie de familie op de hoogte, anders kreeg hij veel te veel telefoontjes. Van de verpleegkundigen kreeg hij de tip om een dagboek bij te houden. ‘Die adviezen heb ik als fijn ervaren. De inzet van de zorg in CWZ was 100%. Klein voorbeeld: mijn vrouw zorgt altijd goed voor haar haar. Haren wassen was niet mogelijk, maar een van de verpleegkundigen heeft toen wel geprobeerd om het in te vlechten. Dat hebben we erg gewaardeerd.’
'Ik kom in veel ziekenhuizen en hier voel ik me het meest geborgen.'- Nataschja van Landeghem
Wazig
Nataschja werd na ruim 6 weken wakker op de IC in het Radboudumc, waar ze vanwege de complicaties naartoe was gebracht per IC-ambulance. ‘Ik voelde me heel wazig en wist niet wat er gebeurd was. Mijn man heeft me later alles verteld. Ik dacht dat ik in Breda! aan het strand was. Dat waren hallucinaties, hoorde ik. Ik kon me niet bewegen en voelde dat er iets in mijn keel zat. Dat was de beademingsbuis. Heel boos was ik, gek genoeg omdat ik zelf wakker was geworden, terwijl andere mensen dood waren gegaan.’
Wilskracht
Na haar ontslag uit het ziekenhuis begin april kwam Nataschja terecht in een revalidatiecentrum. Ze kon niet zelf eten, drinken, opstaan en naar de wc. Daar realiseerde ze zich dat ze de touwtjes weer in eigen hand wilde nemen. ‘Ik dacht: ik ben wakker geworden, nu ga ik heel hard werken om alles weer zelf te doen. Na 6 weken mocht ik naar huis. Daar zakte ik als een pudding in. Er zijn mensen die op wilskracht dingen doen die ze lichamelijk niet kunnen. Ik ben er zo eentje.’
Thuis in CWZ
Er volgden vele maanden van herstel thuis en nog steeds heeft Nataschja fysieke klachten. ‘Mijn handen willen niet, ik ben erg snel moe, mijn longinhoud is minder, de nieren en lever hebben een flinke knauw gehad.’ Hennie: ‘De nazorg van het ziekenhuis vond ik een beetje summier. We hadden een gesprek op de nazorgpoli IC en 5 gesprekken bij medische psychologie. Dat was het.’ ‘Maar’, zegt Nataschja: ‘Ik kom in veel ziekenhuizen en hier voel ik me het meest geborgen. In CWZ voel ik me thuis.’
Humor en steun
'Soms overkomen je dingen die je op het feit drukken, dat het leven maar kort en onzeker is', besluit Nataschja. 'Ik hoop dat ik mensen met mijn verhaal misschien een handvat kan geven om zelf dingen te ondernemen of misschien enige troost kan bieden. Beter worden na zo'n ‘aanslag’ zit voor een groot gedeelte in doorzetten. Voor de rest heb je veel humor en steun van familie en vrienden nodig.'
Oktober 2022
Dit verhaal werd opgetekend tijdens een spiegelbijeenkomst van de IC, waar patiënten aan zorgverleners vertelden hoe zij de zorg hebben beleefd.